Arno Havenga blijft behouden voor het Nederlandse waterpolo. De 46-jarige Rotterdammer stopte na de Olympische Spelen van Tokio als bondscoach van de Nederlandse waterpolodames, maar heeft een aanbod van de KNZB geaccepteerd om door te gaan als Manager Topwaterpolo.
In zijn nieuwe functie wordt Arno Havenga bij de KNZB verantwoordelijk voor de topsport en talentontwikkeling van het Nederlandse waterpolo, zowel bij de vrouwen als de mannen. “Ik heb na Tokio wat afstand genomen en over mijn toekomst nagedacht. Ik heb serieus overwogen om buiten de sport aan de slag te gaan. Maar ik kwam – ook na gesprekken met familie en vrienden – tot de conclusie dat mijn hart nergens zo hard voor klopt dan voor het waterpolo. In mijn nieuwe functie als Manager Topwaterpolo kan ik alles wat ik in de loop der jaren als speler, teammanager en coach heb opgebouwd, inzetten om het Nederlandse waterpolo verder te ontwikkelen. Een rol tussen badrand en bureau waarbij ik vooral ook mensen en organisaties met elkaar zal gaan proberen te verbinden. Dat is een hele mooie nieuwe uitdaging waar ik veel zin in heb!”
“Om het waterpolo op topniveau goed te kunnen leiden, volgen en beoordelen, is veel specifieke kennis en ervaring van de sport zelf nodig én is een nationaal en internationaal netwerk eigenlijk onontbeerlijk. Arno heeft dat allemaal al in huis, dus het is een logische stap om die taken en verantwoordelijkheden van mij over te nemen”, verklaart technisch directeur André Cats de aanstelling van Havenga die de programma’s van de nationale (jeugd)selecties onder zijn hoede krijgt, alsmede alle talentontwikkelingsprogramma’s tot en met de Waterpolo Academie in Eindhoven.
Arno Havenga, als speler tweevoudig Olympiër, werd in 2006 teammanager van de waterpolodames en speelde een belangrijke rol in het winnen van de gouden medaille bij de Olympische Spelen van Beijing in 2008. Daarna werd hij assistent-coach (met o.a. brons op het EK 2010) om in 2013 het stokje als bondscoach over te nemen van Mauro Maugeri. Hij won met Oranje zilver op het WK van 2015, zilver op de EK’s van 2014 en 2016 en goud bij het EK in 2018. Ook wist hij zich met het Nederlands team te kwalificeren voor de Olympische Spelen van Tokyo (6e plaats).
