In z'n laatste TechnOpinie in de ManMeer! schreef Jan-Bram van Luit over 'overzomeren'. Hij pleitte ervoor om de zomermaanden vooral te gebruiken om straks beter te worden. In fases beschreef hij hoe zo'n voorbereidingsperiode het best kan worden ingedeeld. In een dergelijke periodisering zit ook zeker ruimte voor functionele droogtraining. Van Luit werd geïnspireerd door Lisette van der Geest die in de Volkskrant (13 april 2016) een boeiend artikel schreef onder de titel ‘Met dank aan taekwondo’. Mede door de beoefening van taekwondo is Zlatan Ibrahimovic uitgegroeid tot zo’n goede voetballer, wordt gesteld. Kan een waterpoloër ook baat hebben bij het beoefenen van een tweede sport?
Grondlegger van het Athletic Skills Model en hersteltrainer van Oranje René Wormhoudt is van mening dat elke topsporter baat heeft bij een tweede sport. Hij onderscheidt zogenoemde donorsporten en multisporten. De eerste hebben overeenkomstige elementen, de tweede niet. Zo zal een jeugdopleiding met een aanbod van waterpolo én judo op langere termijn voordeel opleveren. Een sporter die op jonge leeftijd veelzijdig leert bewegen heeft daar dus in zijn latere carrière (beslissend) voordeel van: “Als je jong bent, kun je 80 procent aan allerlei andere sporten besteden en 20 procent aan voetbal (waterpolo, JBvL) én daarin uitblinken”. Op latere leeftijd wordt die piramide smaller en zal er, om aan de top mee te kunnen, meer tijd gestopt moeten stoppen in een sport specifieke handeling.
Van Luit is benieuwd naar praktijkvoorbeelden binnen het waterpolo. Hij wijdt er graag een volgend artikel aan. Daarvoor is hij op zoek naar waterpolospelers en -speelsters (van jong tot oud) die naast het waterpolo ook nog een tweede sport beoefenen. Ben jij zo iemand? Of ken je iemand die naast waterpolo nog een tweede sport beoefent, meld je dan bij info@waterpolo.nl.
